Voor de serie Blokboek Geschiedenis van Educatieve Uitgeverij Kinheim heb ik de teksten herschreven, waarbij de kenmerkende aspecten het uitgangspunt waren.
Kerken en kloosters
In ons land waren er nog geen kerken, maar rond het jaar 380 was in Tongeren ene Servatius bisschop. Er wordt verteld dat Servatius in een visioen zag dat zijn stad verwoest zou worden. Hij moest naar Maastricht gaan om daar bisschop te worden. In Maastricht overleed hij al na een paar jaar en werd daar begraven. Al snel vonden er wonderen plaats. Servatius werd daarom heilig verklaard en boven zijn graf bouwde men de Sint-Servaaskerk. Deze staat er nog steeds.
Naast kerken kwamen er kloosters. Hier woonden monniken of nonnen. In de kapel van het klooster baden zij elke dag een paar keer tot God. Daarnaast werkten ze voor de gemeenschap. Ze verzorgden zieken en hielpen arme mensen. Bij een klooster kon je altijd terecht voor hulp.
Kloosters bewaarden ook oude Romeinse geschriften en christelijke boeken. Monniken schreven deze over, zodat andere kloosters of kerken ze ook konden bezitten en er kennis uit konden halen.
Missionarissen
De Friezen in het noorden van ons land geloofden nog in de oude Germaanse goden als Wodan, Donar, Tyr en Freya. Rond het jaar 700 kwamen monniken uit Engeland om over het christelijke geloof te vertellen.
In het jaar 690 kwam de monnik Willibrord als bisschop van de Friezen, met een aantal helpers naar Utrecht. Willibrord liet op de plek van de huidige Dom een kerk bouwen en werkte samen met de Friese koningen. Toch lukte het hem niet om ze te bekeren.
De monnik Bonifatius was door de paus aangesteld als missionaris en reisde door het gebied van de Friezen. Ook hij had grote moeite om de Friezen te bekeren. In 754 werd hij zelfs door hen vermoord.
Profeet Mohammed
Inmiddels was ten zuiden van het Frankische rijk een leger van Arabische strijders gekomen. Zij waren moslims die hun geloof, de islam, kwamen brengen. Deze opdracht hadden zij meegekregen van de profeet Mohammed. Hij leefde rond het jaar 610 in de stad Mekka.
Als profeet vertelde Mohammed de boodschap van Allah. Steeds meer mensen werden moslim. Ook lukte het Mohammed om vrede te stichten tussen de verschillende stammen in Arabië. Toen hij stierf zette zijn opvolgers zijn werk voort.
In korte tijd veroverden de moslims een groot deel van het Midden-Oosten en Noord-Afrika om zo de islam te verspreiden. Ze kwamen in het jaar 711 naar Europa, maar het is ze niet gelukt om het Frankische leger te verslaan.