Voor de serie Blokboek Geschiedenis van Educatieve Uitgeverij Kinheim heb ik de teksten herschreven, waarbij de kenmerkende aspecten het uitgangspunt waren.
Dorestad
De Friezen hadden contact met de landen aan de Noordzee. Ze gingen naar plaatsen als Haithabu, Yorvik en Kaupang waar een jaarmarkt werd gehouden. Deze handelsplaatsen lagen aan een rivier, vlakbij zee. Schepen konden daar makkelijk aanmeren. In ons land lag langs de Rijn de plaats Dorestad, vlakbij het huidige Wijk bij Duurstede.
Handelaren voeren met schepen uit om naar de jaarmarkten te gaan. Van maart tot oktober kwamen zij vanuit alle windstreken om daar handel te drijven. Een handelaar kocht en verkocht wat goederen. Na een paar dagen ging hij weer verder naar de volgende plaats waar een jaarmarkt werd gehouden.
In Dorestad duurde de jaarmarkt een paar weken, omdat er vanuit heel Europa handelaren kwamen. Men kon er Frankische wapens kopen, maar ook glaswerk en kruiken met wijn uit het Duitse Rijnland. Of vis uit Noorwegen en barnsteen uit het Oostzeegebied. Er werden zelfs specerijen uit het Midden-Oosten of exotische schelpen uit India verhandeld. Deze bijzondere spullen noemt men luxegoederen.
Noormannen
Uit de hoge noorden kwamen regelmatig handelaren naar Dorestad. In eigen land lieten zij de luxegoederen zien en vertelden over hun reis. Andere mannen roken hun kans. Deze Noormannen waren goede zeevaarders die eropuit trokken om nieuwe gebieden te ontdekken en goud te roven. Men ging dan op Vikingtocht. In het begin zochten ze de Britse eilanden op, maar later voerden ze ook aanvallen uit op het Frankische rijk.
Met hun snelle schepen, drakars genoemd, voeren zij naar onbeschermde plaatsen als kloosters en handelssteden. Door de chaos van de overval konden bewoners zich moeilijk verdedigen. Hulp van buitenaf kwam te laat. Tijdens de plundertochten roofden de Noormannen vooral goud en andere waardevolle spullen. Maar soms namen ze ook graan, vee en zelfs vrouwen mee.
Vanaf het jaar 834 werd Dorestad bijna elk jaar geplunderd. De nederzetting bij Zutphen werd in 882 zelfs helemaal verwoest.
Godfried
Een aantal Noormannen bleef zelfs een tijdje wonen in ons land. Deense aanvoerders verdedigden onze kust tegen andere Noormannen. Zij werden zo leenman van de keizer. Maar ze waren niet betrouwbaar. Ene Godfried liet op een keer soldaten uit het leger van de keizer vermoorden, maar werd later zelf vermoord. Na het jaar 1000 hielden de aanvallen van de Noormannen op.