In de schaduw van de Sint Walburgiskerk ligt het Hof van Heeckeren. Door een schelpenpoortje kom je via de tuin de Musea Zutphen binnen. Musea?.. ja want je krijgt er twee voor de prijs van een. Ik bekeek echter alleen de vaste presentatie in het Stedelijk Museum Zutphen en heb het Museum Henriette Polak links laten liggen.
In de donkere kelder liggen de archeologische vondsten en word je meegenomen in het Zutphense verhaal van Neatherthaler tot Graaf Everhard van Hamaland. Jammer van de slechte verlichting en moeilijk leesbare tekstbordjes, maar goed… mensen uit die tijd zijn vooral botjes en schedels en daaromheen is toch een heuse crime scene uit het jaar 882 te onderzoeken.
Op de begane grond word je in vier zalen langs vier thema’s geleid, die heel ingenieus vervlochten zijn met een periode uit de geschiedenis van Zutphen. Ooit een Hanzestad met de bloeitijd in de late Middeleeuwen en groter dan 010 en 020, zoals trots wordt vermeld, maar uiteindelijk regionaal gebleven. Zutphen was vooral een stad voor de adel. De industrie heeft zich er nauwelijks ontwikkeld. Vandaar misschien dat Hendrik Jan de Tuinman als icoon van bedrijvigheid wordt getoond.
Een prima presentatie, hoewel het erg jammer is dat de allereerste foto in Nederland in 1839 in Zutphen gemaakt, wel wordt vermeld, maar niet wordt getoond. Een gevalletje ‘blij met een dooie mus’. Topstuk daarentegen is het takje met oranje strikje van de in 1942 gevelde Wilhelmina Linde. Een lafhartige daad.
Ik bezocht dit museum op zaterdag 7 oktober 2022.
Meer informatie: Stedelijk Museum Zutphen