Voor de serie Blokboek Geschiedenis van Educatieve Uitgeverij Kinheim heb ik de teksten herschreven, waarbij de kenmerkende aspecten het uitgangspunt waren.
Vondsten
De tijd van jagers en boeren noemen wij ook wel prehistorie, de tijd voor er geschreven werd. Men kende nog geen geschreven taal. Met de komst van de Romeinen begint in ons land de historie, de tijd waarover geschreven is.
Overblijfselen uit de prehistorie worden altijd in de grond gevonden. Mensen hebben toevallig of expres sporen in de grond achtergelaten.
Vondsten kunnen 2000 jaar oud zijn, maar ook 50.000 jaar. De meeste vondsten zijn stenen gereedschappen of potten van aardewerk. Een enkele keer wordt er hout gevonden of zelfs een houten boot, zoals in het Drentse plaatsje Pesse. Bijzonder zijn ook de vondsten van leer, want dat vergaat heel snel. Resten van mensen of dieren worden ook regelmatig gevonden. Dit kan gaan om een enkel botje of om een heel skelet.
In de grond
Het skelet van Trijntje werd gevonden tijdens de aanleg van een spoorlijn. Tegenwoordig moet bij elk bouwproject eerst gekeken worden of er sporen van vroeger in de grond verborgen liggen, anders wordt dat voorgoed uitgewist. De wetenschap die zich met opgraven bezighoudt, noemt men archeologie.
Gek genoeg willen archeologen zoveel mogelijk in de grond laten liggen. In de toekomst zijn er misschien betere technieken om ze op te graven. Dingen die daar al duizenden jaren liggen, kunnen best nog even wachten. Behalve als het echt moet.
Archeologen
Bij een opgraving gaan archeologen heel zorgvuldig te werk. Met schepjes en borsteltjes wordt laagje voor laagje weggehaald. Langzaam gaat men dieper en dieper, want hoe dieper een vondst ligt hoe ouder het voorwerp is.
In de grond kan men verschillende tinten en kleuren ontdekken; een donkere kleur betekent meestal dat er iets in de grond is blijven liggen. Dit kan een afvalput zijn met etensresten of het hout van palen die er ooit hebben gestaan. Van die palen wordt niets teruggevonden, maar men weet zo wel dat het er ooit was.
Als een archeoloog een vondst doet, wordt er eerst een foto en een tekening van de plek gemaakt. Zo kan later precies bekeken worden waar alle vondsten lagen. Met behulp van voorwerpen uit eerdere opgravingen bepaalt de archeoloog hoe oud iets is.
Een van de weinige prehistorische overblijfselen die al duizenden jaren op dezelfde plek staan, zijn de hunebedden. Ze staan bijna allemaal in Drenthe en je kunt ze gewoon bezoeken. Bij elk hunebed staat een bordje met informatie.